De stilte gevangen in een gedicht
Elke woensdagmorgen komen mensen naar de Sint Joriskerk om de dag in stilte te beginnen. En dat is samen toch anders dan alleen en in die mooie kerk toch anders dan thuis. Meestal komen er zo’n tien tot vijftien mensen, sommigen zijn er (bijna) altijd, anderen komen een keer. Bijna elke week is er iemand voor het eerst. Iedereen komt met zijn eigen insteek. Een van de vaste bezoekers is Tjerk Nap. Hij verwoordde zijn ervaringen in het onderstaande gedicht, dat ik (met zijn instemming, uiteraard) hier deel.
Als het je aanspreekt of je bent nieuwsgierig of het wat voor je is – kom gewoon een keer meedoen.
Tussen 9.50 en 9.58 uur sta ik bij de ingang van de Joriskerk tegenover café Nul33, Zevenhuizenstraat 3 om mensen welkom te heten.
Stil …
in de ruimte
van deze oude kerk
mag ik er zijn
Helemaal Stil …
nou ja, helemaal,
mijn denken staat nooit stil
mijn darmen borrelen af en toe
de stoel is hard
en buiten leeft men door
het klettert daar en kabbelt en klatert en bromt
Stil …
gewoon een beetje stil
er mogen zijn
met alles in en om mij heen
en dat dan ook nog samen